Sam Denys is naast deeltijds audioloog in UZ Leuven ook postdoctoraal onderzoeker aan de KU Leuven. Zijn doctoraatsonderzoek ging over de ontwikkeling van screeningsmethoden om gehoorschade bij schoolgaande kinderen vroegtijdig op te sporen. In UZ Leuven voert hij gehoortesten bij baby’s en jonge kinderen uit en is hij betrokken bij de multidisciplinaire tinnituszorg.
Wekkeralarm
Sam: “Een op de vijf mensen heeft te maken met gehoorverlies, en dat zijn zeker niet alleen senioren. Er zijn drie belangrijke aspecten die het risico op gehoorschade bepalen: de intensiteit van het geluid, hoelang je aan het geluid wordt blootgesteld en de afstand van de geluidsbron. Je mag 8 uur blootgesteld worden aan een geluid van 80 decibel, bijvoorbeeld een wekkeralarm, zonder dat het schade aan je gehoor toebrengt. Het is echter niet zo dat je na die 8 uur automatisch gehoorschade hebt. Genetische kwetsbaarheid, roken of overmatig drinken spelen ook een rol.”
Koptelefoon
“Bij elke 3 decibel die erbij komt, moet je de totale tijd halveren om in de veilige zone te blijven. Bijvoorbeeld 83 decibel = 4 uur, 86 decibel = 2 uur. Bij 100 decibel kun je dus al na enkele minuten gehoorschade oplopen. Ten slotte is er ook nog de afstand. Het geluidsniveau neemt met 6 decibel af per verdubbeling van de afstand. Daarom is het bijvoorbeeld beter om een koptelefoon in plaats van oortjes te gebruiken: de afstand tot het trommelvlies is dan groter. Het geluidsvolume van je koptelefoon zet je beter nooit hoger dan 60 procent. Zo blijf je altijd binnen de veilige zone en voorkom je gehoorschade.”
Geleidelijke ontwikkeling
“Gehoorschade ontwikkelt zich meestal geleidelijk, tenzij er plots een luide knal vlakbij je oor weerklinkt. Het is onomkeerbaar en daarom is het belangrijk om op tijd in te grijpen als je merkt dat je minder goed hoort. Toch stappen mensen soms pas tien jaar na de eerste symptomen naar de huisarts en is de schade al vergevorderd. Meestal kan gehoorverlies deels gecompenseerd worden met hoorapparaten. Daar hangt nog een stigma rond, maar tegenwoordig zijn die toestelletjes zo klein dat je ze nauwelijks ziet. Is het gehoorverlies zeer ernstig, dan kan een implantaat nodig zijn.”